Met je neus in de boter

Iedereen kent het wel. Periodes waarbij het lijkt alsof je niets fout kan doen. Alles lukt. Iedere voersessie lijkt te worden beloond met een paar mooie vissen en alle kilometers en boilies die je in je visserij investeert worden dubbel en dwars uitbetaald.

Het voorjaar 2016 was dat voor velen wel anders. Het voorjaar was grillig en door wisselende weersomstandigheden was het gedrag van de vissen moeilijk te voorspellen. Een flexibele aanpak was nodig. Ik hopte daardoor van water naar water, waarbij ik constant de weersomstandigheden, vangsten van andere vissers en trekgedrag van de karpers analyseerde. Met die gegevens probeerde ik de sessies zo goed mogelijk te plannen.

Half april was zo’n sessie waarbij alle puzzelstukjes op z’n plek vielen. Veel diepe wateren waren in die periode nog veel te koud dus zocht ik het op aanraden van Matthijs in een voor mij nieuwe regio. De ondiepe kanalen en slotenstelsels zouden nog wel eens een verrassing kunnen opleveren.

boter-3

Direct de eerste nacht was het bingo. Ik had ik de kantzones van het water een aantal Scopex balletjes gestrooid en nog voordat het donker werd lag de eerste woest schub al op de mat! Wat een lekker gevoel was dat. De kolken die ik verderop in het ondiepe water hoorde gaven mij de bevestigen dat het met de stek wel goed zat. Iets wat gedurende de nacht meermaals werd bevestigd.

boter-1

Tijdens de eerste ochtendschemering was het tijd voor de finale bingo. Een trage aanbeet gevolgd door een lange dril bevestigden al onze vermoedens. Dit water verborg inderdaad een paar prachtige schatten en ik had het geluk er eentje in mijn schepnet te kunnen loodsen. Karpervissen is prachtig.

Auteur: Martin Post